Besluit gemeentelijke schuldhulpverlening: wat betekent dit voor verhuurders?

Op 1 januari 2021 is het Besluit gemeentelijke schuldhulpverlening van kracht geworden. Het legt een aantal (inspannings) verplichtingen bij de verhuurder neer. Heeft het niet naleven van dit besluit invloed op een procedure bij de rechter?

Wat is het doel?

Het Besluit gemeentelijke schuldsanering heeft met name tot doel om schuldhulpverlening effectiever te maken, schulden in een vroeg stadium te signaleren en het oplopen van schulden te voorkomen.

Wat betekent dit voor verhuurders?

Artikel 2 van het Besluit gemeentelijke schuldsanering richt zich specifiek tot verhuurders. Hierin wordt bepaald dat de iedere verhuurder (groot of klein) van een woonruimte verplicht is om een betalingsachterstand van een huurder te melden bij het college van schuldhulpverlening bij de plaatselijke gemeente. Zo kan al in een vroeg stadium een gesprek gevoerd worden met huurders met schulden om op die manier erger te voorkomen.

Wanneer melden?

Wanneer melden? Artikel 2 van het Besluit gemeentelijke schuldsanering geeft een stappenplan, bestaande uit vier stappen.

  1. De verhuurder moet zich inspannen om de huurder te wijzen op de mogelijkheden om achterstanden te voorkomen of in te lopen.
  2. De verhuurder moet de huurder wijzen op de mogelijkheid om schuldhulpverlening te krijgen.
  3. De verhuurder moet de huurder minstens één keer een schriftelijke herinnering aan de huurachterstand hebben gestuurd.
  4. In deze herinnering moet worden gemeld dat de gegevens van de huurder worden doorgegeven aan het college schuldhulpverlening als de huurder niet afwijzend reageert.
Daarna. Nadat deze vier stappen zijn doorlopen, is de verhuurder gehouden om de gegevens van de huurder en de huurachterstand aan het college door te geven.

Gevolgen. De bedoeling van dit besluit is om verhuurders van woonruimte te dwingen op een sociale manier de huurachterstand te incasseren. Als een huurder echter niet betaalt en niet blijft betalen, zal een verhuurder proberen de huurvordering via de rechter te innen en wellicht zal een verhuurder zelfs tot ontbinding van de huurovereenkomst willen overgaan. Wat zijn de gevolgen als de verhuurder de vier genoemde stappen dan niet gevolgd heeft?

Verhuurder moet proceskosten zelf dragen.

De kantonrechter van Rechtbank Midden-Nederland oordeelde in zijn vonnis van 1 september 2021 (ECLI:NL:RBMNE:2021:4141) over een dergelijke zaak. Als de verhuurder bij het incasseren van een huurvordering niet conform de maatschappelijke vereiste zorgvuldigheid handelt (lees: volgens het Besluit gemeentelijke schuldsanering), kan dit invloed hebben op de proceskostenveroordeling. In deze zaak moest de verhuurder de proceskosten daarom zelf dragen, ook al werd hij ten aanzien van de huurachterstand in het gelijk gesteld.

Ontruiming afgewezen.

De kantonrechter in Rotterdam (ECLI:NL:RBROT:2022:4103) oordeelde onlangs dat het niet volgen van de verplichtingen uit het Besluit gemeentelijke schuldsanering tot gevolg kan hebben dat een vordering tot ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de gehuurde woonruimte, wordt afgewezen. Ook Rechtbank Limburg (ECLI:NL:RBLIM:2022:2597) wees recentelijk, evenals Rechtbank Amsterdam (ECLI:NL:RBAMS:2022:1026), de vordering (al dan niet in kort geding) tot ontruiming van de woning af, omdat de verhuurder het Besluit Gemeentelijke schuldsanering niet had nageleefd.

Volgens het Besluit gemeentelijke schuldsanering moet de verhuurder het stappenplan volgen als er sprake is van een huurachterstand. Documenteer deze stappen goed. Een verhuurder die de stappen niet volgde, moest de proceskosten volledig dragen en in andere gevallen werd de ontruiming afgewezen.